DermatomyositisDiagnose en behandeling bij DM
Hoe wordt de diagnose DM gesteld?
De specialist doet op grond van de klachten verschillende onderzoeken: een algemeen lichamelijk onderzoek en bloedonderzoek. Bij myositis komen vaak enzymen uit spiervezels in de bloedbaan terecht, onder andere creatinekinase (ck). Soms is het ck bij DM niet verhoogd.
Nieuwe onderzoeksmethoden kunnen steeds beter specifieke antistoffen (zogenaamde myositisspecifieke antilichamen) in het bloed aantonen die kunnen helpen bij het stellen van de diagnose. Zij kunnen een indicatie geven van de werking van bepaalde medicijnen en de kans op bijkomende klachten zoals die op interstitiële longziekte (ILZ).
Bij een vermoeden van DM wordt soms een stukje huid of spier afgenomen (een huid- of spierbiopt) en onder de microscoop onderzocht. Het is niet altijd nodig, bijvoorbeeld als de huidafwijkingen heel kenmerkend voor DM zijn. Verder wordt gebruikgemaakt van beeldvormende technieken als MRI (Magnetic Resonance Imaging) om te achterhalen waar de ontsteking zit of waar spierweefsel verdwenen is en dat kan helpen bij het bepalen van de plaats voor het nemen van een spierbiopt.
Behandeling bij DM
Bij de behandeling van DM worden meestal allereerst corticosteroïden voorgeschreven en - afhankelijk van de ernst van de ziekte - ook een ander afweeronderdrukkend middel. Als het medicijn niet werkt en de spierkracht toch achteruitgaat, is een zwaardere behandeling nodig met andere afweerremmers per infuus zoals rituximab of met immuunglobulinen. Toch zijn deze vormen van behandeling niet onomstotelijk als effectief bewezen.
Ook zijn er ontstekingsremmende pijnstillers tegen gewrichtspijnen of spierpijn en crèmes tegen jeuk en pijn bij DM.
Als de spierontsteking vermindert, zullen de klachten meestal ook afnemen. De algehele toestand kan verbeteren en ook weer helemaal normaal worden. Een terugval van de ziekte is mogelijk, met opnieuw afnemen van de spierkracht en terugkerende pijn en (bij DM) verslechtering van de huid. De dosering van de medicijnen moet dan weer worden verhoogd.
Bij de behandeling kunnen diverse specialisten zoals een neuroloog, huidarts, reumatoloog en internist, bij voorkeur met elkaar in multidisciplinair overleg en een revalidatiearts, fysiotherapeut, ergotherapeut, logopedist en diëtist betrokken zijn.
Deze tekst is gecontroleerd door de medisch adviseurs dr. U.A. Badrising, dr. A. van Royen en prof.dr. M. de Visser.
Folder over DM
Een samenvatting van de informatie vindt u in deze folder.
Wetenschappelijk onderzoek
Er wordt nationaal en internationaal onderzoek gedaan naar oorzaken en behandeling van spierziekten. MyoNet (Myositis Network) zet zich in om kennis en expertise over myositis samen te brengen en uit te wisselen. Ook wordt een databank opgezet.
Ervaringen uitwisselen
Mensen met een spierziekte ontmoeten elkaar op het
Hulpmiddelen vinden
Op de hulpmiddelensite staat veel informatie over hulpmiddelen en aanpassingen voor mensen met een spierziekte. Er is ook een tweedehandsmarkt voor hulpmiddelen.